Maarten van der Ploeg, directeur van RIWA-Maas

‘De komende jaren is het geen business as usual’

De Maas vormt een onmisbare bron voor de productie van schoon drinkwater voor meer dan 7 miljoen Belgen en Nederlanders. De waterkwaliteit van de rivier is in de afgelopen 50 jaar flink verbeterd. Goed nieuws, maar geen reden om achterover te leunen. Dat stelt Maarten van der Ploeg, directeur van RIWA-Maas, een samenwerkings­­­­­verband van zeven Belgische en Nederlandse drinkwaterbedrijven in het Maasgebied. ‘Door de gevolgen van klimaat­-verandering staan zowel de kwantiteit als ­de kwaliteit van het Maaswater onder druk. Daar moeten we nu op inspelen.’

Verband tussen kwaliteit en kwantiteit

Voor waterbedrijven is het van belang voor de productie van drinkwater dat de kwaliteit van het Maaswater constant is, ook als er in droge periodes minder water beschikbaar is. Dat is niet vanzelfsprekend, want de kwantiteit en de kwaliteit van het water in de Maas hangen samen. ‘In periodes met veel regen is er eerst een piek te zien in verontreinigingen door het overstorten van riolen en doordat stoffen van het land het water in spoelen. Als de regen aanhoudt, dan nemen de concentraties snel af door verdunning. Andersom geldt: als er tijdens droge periodes minder water beschikbaar is, vindt er minder verversing en verdunning plaats omdat de Maas door de lagere afvoer langzamer stroomt,’ aldus Van der Ploeg.


De verwachting is dat droge periodes als gevolg van klimaatverandering vaker gaan voorkomen en langer zullen aanhouden. Drinkwaterbedrijven spelen hier al op in door water uit de Maas te bufferen zoals bij de spaarbekkens van Evides in de Biesbosch. Sommige waterbedrijven kiezen er volgens Van der Ploeg voor om deze buffers uit te breiden of sterkere pompen te installeren bij innamepunten.

‘Als de regen aanhoudt, dan nemen de concentraties snel af door verdunning'

Afhankelijkheidsbesef

De vraag naar zoet en schoon water uit de Maas neemt toe door droogte en bevolkingsgroei. Om de waterkwaliteit ook in de toekomst te kunnen garanderen, pleit RIWA-Maas voor meer samenwerking tussen waterbedrijven, gemeenten en provincies, ook op internationaal niveau. ‘Bestuurders van provincies die afhankelijk zijn van de Maas voor de productie van drinkwater, zoals Zuid-Holland en Zeeland, weten dat hun collega-bestuurders hogerop in het Maasstroomgebied de kwaliteit en de kwantiteit van het water bepalen. Zij hebben er dus direct belang bij om met hen te spreken over watergebruik, zoetwaterbeschikbaarheid en waterkwaliteit. Door klimaatverandering is het geen business as usual.’

Veelbelovende allianties 

Een voorbeeld van een innovatief samenwerkingsverband is de alliantie van de Schone Maaswaterketen. Hierin werken o.a. drinkwaterbedrijven, waterschappen en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat samen om de waterkwaliteit van de Maas te verbeteren. Er is een werkprogramma gericht op het terugdringen van medicijnresten, opkomende stoffen en andere organische microverontreinigingen die via gezuiverd afvalwater in het oppervlaktewater en grondwater terecht komen.
Volgens Van der Ploeg is er ook nog veel te winnen als we over de grens kijken. ‘Verontreiniging stopt niet bij de grens. Nog te vaak zien we dat overheden in Nederland, België en Frankrijk grotendeels hun eigen beleid ontwikkelen en weinig uitwisselen. Dat is zonde want juist door het uitwisselen van goede ervaringen kunnen we het Maasstroomgebied als geheel schoner maken én houden.’

Meer inzicht cruciaal

Om de waterkwaliteit in het Maasgebied te verbeteren, is er volgens RIWA-Maas meer inzicht nodig in verontreinigingen: welke stoffen worden er precies geloosd en waar komen ze vandaan? ‘Op dit moment monitoren we meer dan 1.100 stoffen die in het oppervlaktewater voorkomen. Die worden 13 keer per jaar gemeten en daar komen nog alle reguliere metingen van de waterbedrijven bij. Daardoor ontstaat een heel goed beeld van de Maaswaterkwaliteit. De volgende stap is om inzichtelijk te maken waar de verontreiniging in het water vandaan komt. Pas dan kunnen we verontreiniging in de volledige Maaswaterketen aanpakken.’

'Op dit moment monitoren
we meer dan 1.100 stoffen die in het oppervlaktewater voorkomen'

Waterkwaliteit is niet vanzelfsprekend

Daarom ontwikkelt RIWA-Maas in samenwerking met Rijkswaterstaat en waterschappen de Digitale Atlas van de Schone Maas. Via een dataportal wordt het voor drinkwaterbedrijven, waterschappen en provincies straks inzichtelijk welke lozingsvergunningen bedrijven rond de Maas hebben en welke stoffen er in het rivierwater terecht komen. ‘Als je verontreiniging in het water meet, zit er namelijk geen afzender bij,’ aldus Van der Ploeg. Op 25 september wordt de Digitale Atlas van de Schone Maas officieel gelanceerd op de bestuursbijeenkomst van de Schone Maaswaterketen door Annette Ottolini, directeur Evides Waterbedrijf. Met de tool wil RIWA-Maas alle stakeholders helpen om samen te werken aan een schonere Maas. ‘We hebben allemaal behoefte aan schoon oppervlaktewater. Voor drinkwaterbedrijven, industrie, boeren, maar ook voor het functioneren van ons ecosysteem is schoon Maaswater van groot belang. Laten we elkaar daar dan ook op aanspreken. Waterkwaliteit mogen we niet als vanzelfsprekend beschouwen,’ besluit Van der Ploeg.