& Bronbescherming

Bronbescherming urgenter dan ooit

Water van topkwaliteit niet vanzelfsprekend 

Goed drinkwater, 24/7 uit de kraan, lijkt zo vanzelfsprekend, maar is dat niet. De bronnen staan onder toenemende druk door vervuiling vanuit de landbouw, de industrie en door huishoudens. Samen met de andere drinkwaterbedrijven pleit Evides voor meer bewustwording en een betere bescherming van de bron: ‘wat er niet in zit, hoeft er ook niet uit’.

Drinkwater in Nederland is van uitzonderlijk goede kwaliteit, maar de watersector moet er steeds meer inspanningen voor leveren. Uit een recent rapport van het RIVM blijkt dat in meer dan de helft van de 216 winningen in Nederland de waterkwaliteit of beschikbare hoeveelheid (kwantiteit) in gevaar komt, nu of in de nabije toekomst. In 135 van de winningen zijn stoffen gevonden, die het ongezuiverde water vervuilen. De ruw waterkwaliteit is afgelopen jaren niet significant verbeterd. Zo houdt Nederland zich niet aan de afspraken in de Kader­richtlijn Water (KWR) met als inzet: het verbeteren van de waterkwaliteit om op termijn de zuiveringsinspanning voor drinkwaterproductie te kunnen verlagen.

Optimale bescherming

De Maas is voor Evides de belangrijkste bron voor de productie van drinkwater. Ook deze goede bron staat onder druk door de invloeden van bestrijdingsmiddelen vanuit de agrarische sector en chemische stoffen vanuit de industrie. Frequentere lage waterstanden door klimaatverandering (langere droogte), die de concentraties verontreinging in het oppervlaktewater verhogen, maken de situatie urgenter.


Toch is de veiligheid en kwaliteit van het drinkwater gewaarborgd. Dit wordt streng gecontroleerd. Jaarlijks nemen drinkwater­bedrijven duizenden monsters. Maar om de kwaliteit in de toekomst – vanaf de bron - te verbeteren, dienen overheden een hogere prioriteit te geven aan de bescherming van de kwaliteit van deze bronnen. Dit kan door hier meer aandacht aan te besteden in omgevings­plannen. Ook zou water­kwaliteit een bepalende rol moeten hebben in transities in de landbouw en de farmacie.

‘Jaarlijks nemen drinkwaterbedrijven duizenden monsters.’

PFAS 

Een belangrijkste eerste stap is voorkomen dat ongewenste stoffen in het water worden geloosd. Een groep stoffen die volgens de waterbedrijven helemaal niet in het milieu thuishoort zijn de zogenoemde PFAS-stoffen. In juni concludeerde het RIVM dat Nederlanders teveel PFAS binnen krijgen, met name via voedsel en deels door water. Het RIVM vindt het verantwoord om kraan­water te drinken en anderszins te gebruiken. Wel adviseert het instituut, dat de totale hoeveelheid PFAS, die mensen gedurende hun leven binnenkrijgen verder omlaag moet.


Via de lucht en het afvalwater verspreiden PFAS zich naar de bodem en het opper­vlaktewater. Zo komen ze in bronnen voor het maken van drinkwater. PFAS zijn persistent, mobiel en soms toxisch (giftig). Het is van groot belang, dat het probleem bij de bron wordt aangepakt en dat voorkómen wordt, dat PFAS in drinkwater­bronnen terecht komt. Bij de kabinetsinformateur heeft de Vewin (koepel van drinkwater­bedrijven) daarom aangedrongen op een nationaal en Europees totaalverbod op PFAS. Voor andere stoffen zou een strengere vergunningsverlening moeten gelden.

Actie

De waterbedrijven roepen overheden, bevoegde gezags­organen en industrie op om samen werk te maken van een toekomst­bestendig watersysteem. Juist nu de water­kwaliteit van de bronnen onder druk staat, is een structurele aanpak en het voorkomen van onnodige vervuiling urgenter dan ooit.

Ketenaanpak Medicijnresten

De genoemde partijen werken daarnaast gezamenlijk aan voorlichting om te voorkomen dat consumenten, jong én oud, hun niet gebruikte (verlopen) medicijnen door het toilet spoelen, maar gewoon netjes inleveren bij de apotheek. Deze gezamenlijke Ketenaanpak Medicijn­resten was in juni één van de 12 finalisten van de Future Policy Award. De prijs is een waardering voor inspirerend, innovatief en effectief beleid. De nominatie betekent niet alleen erkenning voor de betrokken partijen. Het toont ook dat deze samenwerkingen noodzakelijk en effectief zijn om waar mogelijk te helpen voorkomen, dat overtollige medicijnresten in het milieu en dus ons water terechtkomen.

Ook hier: aanpak bij bron

Door de vergrijzing van de bevolking neemt het medicijngebruik toe en daarmee de concentraties aan medicijn­resten in het oppervlakte­water. De resten komen via de urine in het riool. Rioolwater­zuiverings­installaties zijn niet (voldoende) ingericht om resten van medicijnen uit het rioolwater te verwijderen. Via het riool komt een deel van de medicijn­resten daarom in het oppervlaktewater en het grondwater. Drinkwater­bedrijven zetten de benodigde zuiveringsstappen om medicijnresten te verwijderen, maar zien ook hier graag een steviger aanpak bij de bron: ‘wat er niet zit, hoeft er niet uit'.


De drinkwater­bedrijven werken het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), de water­schappen, de farmaceuten, artsen en apothekers om medicijn­resten uit het milieu te houden. Zo gebruiken ziekenhuizen plaszakken om röntgen­contrast­­middelen op te vangen en rioolwater­zuiveringsinstallaties doen extra inspanningen om ook medicijnresten beter uit het rioolwater te kunnen halen.